Nederlandse sloeg in 2020 massaal aan het verbouwen. Ruim 65.000 huiseigenaren deden dat via een tweede hypotheek - een groei van meer dan 50%. Met de bijzonder lage rentes en gestegen woningwaardes kán dat ook. Toch kan het soms nóg gunstiger. Doe je voordeel met onze 5 tips.
Het mag wat kosten
In 2020 leenden 'verbouwers' gemiddeld € 50.000,- voor hun klus via een tweede hypotheek. Dat kan ook makkelijk: de rentes zijn extreem laag en de huizenprijzen stegen de laatste 2 jaar gemiddeld met zo’n 15%. Als je inkomen het toelaat, doet de geldverstrekker niet moeilijk. Vooral niet wanneer je woning door de verbouwing nóg meer waard wordt. Dat gebeurt overigens eerder via meer vierkante meters dan via een nieuwe badkamer of keuken.
Onze tips
1 - Ga na of je hypotheek een verhoogde inschrijving heeft | Je kunt dan tot dit bedrag bijlenen voor je verbouwing, zonder gang naar de notaris. Wel moet voldoende inkomen hebben en de woningwaarde (na verbouwing) minstens zo hoog zijn als de lening. Dat loopt via een taxatie. Met zo'n rapport geldt voor je hypotheek wellicht ook een lagere risicoklasse, met een lagere rente.
2 - Kijk naar de kosten van een tweede hypotheek | De hypotheekrente is momenteel erg laag. Een voorbeeld*: voor een (extra) hypotheek van €25.000 die je in 10 jaar annuïtair aflost, zijn je maandlasten een kleine €220,- en betaal je ca. €1.300 aan rente (bruto). Bij 15 jaar worden je maandlasten lager (€150,-), maar betaal je totaal meer rente (€2.500, bruto). Daarnaast betaal je de gebruikelijke kosten voor advies/afsluiten, taxatie en de notaris.
3 - Soms is een persoonlijke lening gunstiger | Deze leenvorm kent geen bijkomende kosten. Wel betaal je een hogere rente. Bij een verbouwing is ook deze rente fiscaal aftrekbaar. Ter vergelijking: het aflossen van een persoonlijke lening van €25.000 kost je in 10 jaar €4.750 aan rente (bruto), bij een maandlast van ca. €250,-.
4 - Verduurzamen is extra voordelig | Ga je flink verbouwen om je huis zuiniger en comfortabeler te maken? Via je hypotheek kun je daarvoor tot 106% van de marktwaarde na verbouwing extra lenen. Je kunt ook een gewone groene lening afsluiten. Afhankelijk van je ‘labelstappen’ geven sommige geldverstrekkers bovendien rentekorting. En wat je via een subsidie terugkrijgt, hoef je misschien niet te lenen - dat scheelt weer rente.
5 - Soms biedt de overheid hulp | Voor kleinere bedragen verstrekken sommige gemeenten een gunstige lening, zoals voor een Blijverslening (voor ouderen die de woning levensbestendig willen maken), of een Duurzaamheidslening. Verder vertrekt het Nationaal Warmtefonds zogenaamde Energiebespaarleningen (tot €25.000, specifiek voor verduurzaming). Zij rekenen een lagere rente dan commerciële partijen.
Spaargeld of geld lenen?
Gunstig lenen kán. Heb je echter al flink wat spaargeld dan kun je ook dit aanwenden voor een verbouwing. Tenslotte krijg je daar nu nauwelijks rente op - of moet je ervoor gaan betalen. Meer wooncomfort en/of een extra waardestijging van de woning kan dan een gunstiger alternatief zijn. En het kost nóg minder dan lenen.
*) de in de voorbeelden genoemde bedragen zijn bedoeld als indicatie.
Bron: Nationale Hypotheekbond